In deze oefening moet de keeper obstakels ontwijken tijdens het verwerken van een hoge bal.
Organisatie
- De keeper vangt de bal van de trainer of van een andere keeper
- Voor het doel zijn zes afbakenschijven opgesteld
- De keeper staat nu bij de tweede paal en moet naar de afbakenschijf dat op de doellijn ligt sprinten en aanraken
- Daarna moet hij in het midden van het strafschopgebied (tussen de afbakenschijven) de bal vangen
Variaties
- Keeper 1 en 2 kunnen ook tegelijkertijd in het strafschopgebied bewegen
- Pionnen vervangen voor spelers
- Spelers duel laten aangaan met de keeper
Coaching
- Korte pasjes bij het sprinten
- Handen naar de bal
- Goede knie omhoog. Knie omhoog richting het veld
- Kleine pasjes gevolgd door een grote pas voor de afzet naar de bal