Conditioneel spel waarin veel aspecten van het keepen aan bod komen, zoals vangen, vallen, duiken, zweven, springen, positie, trappen, werpen, etc.
Organisatie
- Veld van circa 20 x 20 meter
- Keeper A begint vanaf zijn doellijn
- Keeper A probeert te scoren in het doel van keeper B
- Keeper B verwerkt de bal en moet vanaf de plaats waar hij de bal vangt proberen te scoren bij Keeper A. Keeper B mag daarbij maximaal 2 stappen zetten
- Tipt of stompt de keeper de bal buiten het speelveld, dan komt de tegenstander in balbezit
- Beide keepers mogen niet over de middenlijn komen
Puntentelling
- Ieder doelpunt is een 1 punt
Spelhervatting
- Telkens vanaf de doellijn bij: het begin, na een doelpunt of nadat de bal buiten het speelveld komt
Variaties
- Werpen
- Volley
- Dropkick
- Van de grond trappen
- Voor de keeper laten stuiteren en dan trappen
- Speelveld groter of kleiner
